De Harmonie is in 1901 opgericht, of beter gezegd ontstaan uit een groep muzikanten die sinds het einde van de 19 e eeuw bij elkaar kwamen onder leiding van Stefanus Wijking die het verenigingsleven in die tijd een warm hart toe droeg. Vooral de schutters en de muzikanten droegen zijn belangstelling. Hij woonde aan de Goorseweg, in het statige pand dat later bezit was van groenteboer Roelofsen. 

 

De eerste Harmonievergaderingen vonden plaats in de even verderop gelegen smederij van op ’t Klein Heksel. Publieke optredens vonden plaats op het schoolplein of tijdens optochten in o.a. Gelselaar en Goor. Een bonte stoet van in burgerkledij gehulde muzikanten. Een naam had het korps niet, totdat later de steun van Wijking wegviel en de club verder ging onder de zelf verzonnen naam ‘Eigen Hulp’. De smederij werd vervangen voor een passende repetitieruimte in de hal van school Stedeke, waar elke zaterdagavond geoefend werd.

 

Ook waren er ‘vrije’ oefenavonden in het huis van de fam. Bittink. Drie jongens uit het gezin waren lid van de Harmonie. Het kleine huisje aan de Middenstraat was dan vaak te klein waardoor de grote trom op de deel moest plaatsnemen.

In latere jaren werd er ook gerepeteerd in de timmerloods aan de Schuttensteeg en het in het gebouw Volksheil aan de Hagen.

Met de kermis trokken de muzikanten langs de kastelen Nijenhuis, Diepenheim, Warmelo en Westerflier. Een traditie die heden ten dagen nog steeds gedaan wordt tijdens het Schuttersfeest, met uitzondering van het Westerflier. De optocht staat inmiddels op de lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed.

 

In 1961 stak de Harmonie zich in een uniform, nam daarna deel aan concoursen en repeteert tegenwoordig in Cultuurcentrum Herberg de Pol.

 

​

Bron: ‘Met de grote trom voorop’, W. Rietman